Felix Mendelssohn Bartholdy

"Ik ben een joods man, geboren in Tarsus in Cilicië", schrijft de streng gelovige Saulus in de eerste eeuw na Christus. "In Jeruzalem ben ik grootgebracht. Als leerling van Gamaliël ben ik nauwkeurig onderwezen in de wet van onze voorouders."

 Het zijn roerige tijden in Jeruzalem. Jezus is pas gekruisigd en zijn volgelingen worden door de joden zwaar vervolgd. Een van de eerste christenen is Stefanus. Hij is een moedig man, en steekt zijn mening niet onder stoelen of banken. Dat komt hem duur te staan. Op een dag wordt hij door de joden Jeruzalem uitgesleept en gestenigd.

 

 Saulus is erbij wanneer Stefanus wordt gedood. Hij is een fel tegenstander van het pas ontstane christendom. In de bijbel staat: "Saulus vernietigde de gemeente en liet geen huis ongemoeid: mannen en vrouwen werden meegesleurd en naar de gevangenis gebracht."

 De christenen ontvluchten dan ook massaal Jeruzalem. Veel van hen trekken naar de stad Damascus, maar ook daar zijn ze niet veilig. Saulus reist ze achterna om ze gevangen te nemen en naar Jeruzalem te brengen.

 Maar dan, onderweg naar Damascus, gebeurt er iets bijzonders. Zelf beschrijft Saulus het als volgt: "Ik was al dicht bij Damascus, toen er plotseling, midden op de dag, een sterk licht uit de hemel om mij heen straalde. Ik viel op de grond en hoorde een stem: Saulus, Saulus, waarom vervolg je mij? Ik vroeg: Wie bent u, Heer? Hij antwoordde: Ik ben Jezus van Nazaret die jij vervolgt."

 Het felle licht heeft Saulus blind gemaakt. Hij laat zich door zijn dienaren naar Damascus brengen, laat er zich dopen en bekeert zich tot het christelijke geloof. Ook zijn naam verandert hij in Paulus, dat betekent 'klein'. Na drie dagen gebeurt er weer een wonder: hij kan weer zien.

Die bekering moet enorm veel impact gehad hebben, zowel op hemzelf als op zijn omgeving. Stel je voor dat in jou kennissenkring iemand zeer streng gelovig is, en dat diegene van de ene op de andere dag een radicaal ander geloof aanneemt. Dat zou toch schokkend zijn? En misschien zou je die persoon ook niet meer zo serieus nemen.

 Dat gebeurt ook met Paulus. Terug in Jeruzalem gaat hij voor de christenen preken, maar die gaan hem uit de weg, omdat ze niet echt geloven dat hij bekeerd is. Bovendien wordt de voormalige joodse vervolger nu zelf door de joden vervolgd: hij wordt verschillende keren opgepakt, gegeseld en in de gevangenis gegooid. Daarom gaat hij weg uit Jeruzalem en trekt de wijde wereld in om de heidenen te gaan bekeren. 

 Op een van zijn reizen, als hij in een heidens dorpje aan het preken is, gebeurt er een wonder. Tussen zijn toehoorders zit een lamme man die niet kan staan of lopen. Als Paulus hem ziet, zegt hij: "Ga recht op uw voeten staan!" De man staat op en kan weer lopen. 

 Je zou denken dat Paulus met deze wonderbaarlijke genezing veel dorpelingen kan bekeren, maar in plaats daarvan denken ze dat hij zelf een god is, en willen ze hem zelfs offers brengen. Als later blijkt dat hij maar een gewone man is, zijn ze woedend.  Ook hier moet Paulus vluchten. Uiteindelijk keert hij, na veel omzwervingen, terug naar Jeruzalem.

 Felix Mendelssohn Bartholdy schreef het oratorium Paulus toen hij nog maar 25 jaar oud was. Het was zijn eerste grote werk voor koor, solisten en orkest. Zelf was hij een groot liefhebber van het genre: hij had al veel oratoria van grote componisten als Bach, Händel en Haydn gedirigeerd. Hij was dan ook opgetogen toen een bewonderaar, de dirigent Johann Schelbe, hem opdracht gaf een oratorium te schrijven.

 In de tijd waarin Paulus werd geschreven, was de bijbel een van de grootste inspiratiebronnen voor kunstenaars. Ook Mendelssohn maakte graag gebruik van bijbelverhalen als basis voor zijn composities. Dat hij voor zijn eerste oratorium de geschiedenis van Paulus koos, komt waarschijnlijk omdat het een spannend en dramatisch verhaal is, en daardoor interessant om op muziek te zetten.

Om het verhaal kracht bij te zetten haalt Mendelssohn alle muzikale middelen uit de kast die hij tot zijn beschikking heeft. Het stuk zit vol prachtige melodieën, schitterende orkestkleuren en indrukwekkende koren. Heel bijzonder is het moment waarop de stem van Jezus zegt “Wees trouw aan de dood, en ik zal je de kroon des levens geven. Wees niet bang, ik ben bij je.” in een prachtige cavatina met de cello. 

De première van Paulus was een groot succes. De grote componist Robert Schumann was erbij, en vond het werk "een voortdurende opeenvolging van schoonheden."